Deze website maakt gebruik van Cookies

We gebruiken cookies om de website goed te laten functioneren, om functies voor social media te bieden en om ons websiteverkeer te analyseren. Meer informatie vindt u in de privacyverklaring.

Ik ga akkoord met het plaatsen van cookies voor:

Noodzakelijke functionaliteiten en anonieme statistieken

Het Basisexamen inburgering in het buitenland

Voor een succesvolle gezinshereniging moeten de meeste migranten eerst inburgeren in het buitenland. Dit vereiste bestaat sinds 2006. Maar, wat houdt dit examen eigenlijk precies in? En wat zijn de gevolgen als je niet slaagt?

Het examen

Het Basisexamen inburgering in het buitenland (hierna: basisexamen inburgering), gaat over de Nederlandse taal en de Nederlandse samenleving en heeft als doel om de integratie van migranten in Nederland te bevorderen. Het examen bestaat uit de volgende drie onderdelen, op taalniveau A1:

  1. Spreekvaardigheid (maximaal 30 minuten);
  2. Leesvaardigheid (maximaal 35 minuten); en,
  3. Kennis Nederlandse samenleving (KNS) (maximaal 30 minuten).

Het basisexamen inburgering wordt op een computer gemaakt op een Nederlandse ambassade of een Nederlands consulaat in het land van nationaliteit van de migrant of in het land waar de migrant woont. Als dit niet kan, zal het examen moeten worden gemaakt in een buurland. Aanmelden voor het basisexamen inburgering kan via de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Het volledige examen kost, in 2024, € 150,-. Oefenen voor het examen kan hier.

De uitslag
DUO maakt binnen acht weken de uitslag van het basisexamen inburgering bekend. De uitslag wordt gegeven per onderdeel en voor alle onderdelen dient een voldoende te worden gehaald. Als voor een onderdeel een onvoldoende wordt gehaald, hoeft alleen voor dat onderdeel opnieuw examen te worden gedaan. Hiervoor zal opnieuw moeten worden aangemeld via de website van DUO en ook zal opnieuw voor het examen moeten worden betaald.

Verblijfsvergunning aanvragen
Als de migrant is geslaagd voor het basisexamen inburgering, is het belangrijk dat de migrant binnen een jaar toegang en verblijf aanvraagt bij de IND. De uitslag van het examen is namelijk niet langer dan een jaar geldig is. Als de migrant niet voor alle onderdelen tegelijk is geslaagd, dan start deze periode van een jaar vanaf de datum van het laatst behaalde onderdeel.

Inburgering en MVV
De verplichte inburgering in het buitenland is verbonden aan het vereiste van het hebben van een Machtiging voor Voorlopig Verblijf (MVV). Dit is een visum om Nederland in te mogen reizen. Als een migrant het basisexamen inburgering af moet leggen, zal de migrant de aanvraag in het buitenland moet afwachten. Het met succes afronden van het verplichte inburgeringsexamen en het verkrijgen van een MVV, die tegelijkertijd met een verblijfsaanvraag wordt aangevraagd, zijn nodig om een verblijfsvergunning te kunnen krijgen. Een MVV wordt afgegeven door de Nederlandse ambassade of het Nederlands consulaat in het land waar de migrant woont, nadat de verblijfsaanvraag is goedgekeurd door de IND. Dit zal dus dezelfde locatie zijn als waar het basisexamen inburgering moet worden gemaakt.

Vrijstellingen en ontheffingen
Het inburgeringsvereiste geldt niet voor iedereen. Het geldt bijvoorbeeld niet voor migranten onder de leeftijd van 18 jaar en boven de leeftijd van 67 jaar. Ook geldt het niet als je een verblijfsvergunning aanvraagt omdat je in Nederland wilt komen werken. Dit geldt ook voor de gezinsleden van de migrant die in Nederland wil gaan werken. Een migrant hoeft ook geen diploma voor het basisexamen inburgering te behalen als de migrant de nationaliteit heeft van Australië, Canada, Japan, Monaco, Nieuw-Zeeland, Vaticaanstad, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten, Zuid-Korea of Zwitserland.

De hierboven genoemde situaties zijn de vrijstellingen die het vaakst voorkomen. Alle andere gevallen zijn in de lijst hieronder te vinden:

Andere gevallen van vrijstelling

  • De migrant de status van EU-langdurig ingezetene heeft in een ander EU-land;
  • De migrant 8 jaar of langer in Nederland heeft gewoond tijdens de leerplichtige leeftijd.
  • De migrant de Surinaamse nationaliteit heeft en minimaal lager onderwijs in het Nederlands afgerond in Suriname of Nederland;
  • De migrant geestelijk bedienaar is, maar niet in het openbaar gaat werken. Bijvoorbeeld als kloosterling, interne medewerker of bestuurslid.

  • Als de migrant een verblijfsvergunning voor verblijf bij een familie- of gezinslid aanvraagt bij een gezinslid met een asielvergunning voor bepaalde of onbepaalde tijd;
  • Als de migrant een verblijfsvergunning aanvraagt voor verblijf bij een persoon met de nationaliteit van een EU-land;
  • Als de migrant een verblijfsvergunning aanvraagt met een ander verblijfsdoel, terwijl de migrant al een verblijfsvergunning in Nederland heeft.

Als laatste kan een migrant ook worden vrijgesteld van het basisexamen inburgering als met een behaald diploma kan worden aangetoond dat de migrant Nederlands onderwijs gevolgd heeft of het vak Nederlands heeft gehaald. De volledige lijst met uitzonderingen is ook hier te vinden.

Naast de bovengenoemde vrijstellingen zijn er ook mogelijkheden om ontheffing te krijgen van het basisexamen inburgering. Ontheffing kan worden aangevraagd als er bijzondere omstandigheden zijn waarom de migrant niet kan slagen voor het examen. Dit kan het geval zijn vanwege een medische situatie, of als de migrant meerdere keren geprobeerd heeft voor het examen te slagen, maar dit niet gelukt is. Ontheffing krijgen is erg lastig.

De praktijk

De verplichte inburgering is sinds 2006 veel veranderd. In de eerste jaren slaagde ongeveer 90% van de migranten voor het examen, wat ertoe geleid heeft dat het examen in 2011 werd aangescherpt. Met deze aanscherping zakte dit aantal naar 80%, wat nog verder zakte naar tussen de 60 en 70% na wijziging van het examen in 2015. Op 1 mei 2023 is het examen opnieuw aangepast, waarbij de ‘makkelijkere’ onderdelen verwijderd zijn.

De kans van slagen voor het examen heeft in de praktijk veel te maken met de afkomst van de migrant. Zo slagen migranten van Oekraïense, Russische of Zuid-Afrikaanse afkomst in ruim 90% van de gevallen slagen voor het basisexamen inburgering, waar dit voor armere landen, zoals Eritrea, Somalië en Tanzania, tussen de 15 en 35% ligt.

Naast de nationaliteit is ook het opleidingsniveau een belangrijke factor in de kans van slagen voor het inburgeringsexamen; migranten met minstens een afgeronde Hbo-opleiding slagen in ruim 85% van de gevallen, maar migranten met alleen een afgeronde basisopleiding slagen in minder dan 50% van de gevallen.

Er is al sinds het plan om het basisexamen inburgering in te voeren kritiek op het examen. Zo werd in 2004 door de Adviesraad Migratie al gezegd dat niet genoeg uitleg is gegeven voor het gemaakte verschil op grond van nationaliteit bestond en in 2008 bestempelde Human Rights Watch het verschil op grond van nationaliteit als een niet geschikt middel om tot betere inburgering van migranten te komen.

Europees(rechtelijk) oogpunt

Opvallend is dat Nederland in 2024 het enige EU-land is waar een verplichte inburgering in het buitenland bestaat waarbij kennis van de taal en kennis van cultuur getoetst wordt. In Duitsland en Oostenrijk bestaat een verplichte inburgering in het buitenland ook, maar is dit alleen een taaltoets. Ook verloopt het te behalen diploma in deze landen niet, terwijl het diploma in Nederland maar 1 jaar geldig is.

Uit Europese wetgeving volgt dat integratievoorwaarden niet als doel mogen hebben om personen te selecteren. Ook mogen integratievoorwaarden geen moeilijke hindernis zijn bij gezinshereniging en mag er niet worden gediscrimineerd op ras, etnische afkomst, taal en vermogen. Daarnaast staat in artikel 14 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) het algemeen discriminatieverbod. Het is de vraag of het basisexamen inburgering hier in lijn mee is.

Effect(iviteit)

Naast de vraag of het basisexamen inburgering in lijn is met Europees recht, is het ook maar de vraag hoeveel de verplichte inburgering in het buitenland helpt bij het bereiken van het doel: het verbeteren van de integratie van migranten in Nederland. Een grote groep migranten hoeft namelijk niet in te burgeren en er bestaat behalve het basisexamen inburgering ook nog een verplichting om in te burgeren in Nederland. Uit onderzoek van Regioplan, uit 2014, volgt dat de inburgering in het buitenland wel een basis vormt voor het dagelijks leven in Nederland, maar alleen een heel klein beetje. De Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, heeft hier in 2023 ook al over getwijfeld. De toegevoegde waarde van het basisexamen inburgering is niet (genoeg) aangetoond.

Wilt u zich in Nederland gaan vestigen en/of heeft u vragen over inburgering? Neem dan contact met ons op.

Neem contact op

Neem contact op

Aanmelding nieuwsbrief